"De croone der wysheydt. De vreese des heeren is t'beginsel der wysheydt ende den A.B.C. t'beginsel van alle studien. IHS 1770."

4to: [66] ff. (licht gebruikt). Zwarte en rode inkt op papier.

Genaaid.

Het persoonlijk schrift van Pieter Jacobus Maerten, wellicht eerst gebruikt als school- en oefenschrift, later als werk- en rekenschrift. De geïdentificeerde plaatsnamen verwijzen allen naar de streek ten noordwesten van Ieper: Oost- en Westvleteren, Poperinge, Lo-Reninge, Hoogstade, Beveren a/d IJzer, Gijverinkhove, Kemmel.
Vooraan vinden we, in rood en zwart gekalligrafeerd, de titel, drie ABC's met onderaan "IHS" en "1770", en "Desen boeck behoort toe aen Pieter Jacobus Maerten". Het schrift wordt een allegaartje van gedichten, "lickdichten", "seer schone liedekens", rekenoefeningen gesigneerd door Maerten (1779), oefeningen in het Frans, religieuze en persoonlijke schrijfsels, een "Chanson sur la tranquilité de sa Majesté Dei Roy de Pruijsse, à l'honneur de l'empereur", 6 pp. ondertekend door dezelfde "Pierre Jacques Maerten" (1779), "quitanties" voor verscheidene soorten ambachten, ondertekend door Maerten. Een vraagstuk: "Eenen boer vercoopt een vetten osse aen een beenhouwer wegende 600 ponden hoe veel moet hij dat te ponde vercoopen [?] een pondt om aen zijn geldt te geraeken". Een aanzienlijk aantal pagina's werd verder gebruikt als rekenboek tijdens de periode 1791-1798. Volgens notities heeft het schrift later nog toebehoord aan o.a. "Seraphinus Masscheleyn" 1823-1831 (Hoogstade) en "Joseph De backer Brig.Veldwachter. Beveren a/IJzer, 19 november 1935". Persoonlijk document interessant voor verder lokaal-historisch onderzoek.